Doktersassistent

Crebocode 25473 Leerweg BOL Niveau 4

Aanvullende informatie over jouw opleiding

Studie- en beroepshouding

Tijdens je opleiding tot doktersassistent(e) moet je je ontwikkelen over de gehele linie, op school en tijdens de stage. Je studiehouding en gedrag, studieresultaten en studievaardigheden zijn belangrijke aspecten van je opleiding. Aan de hand van onderstaande punten wordt jouw ontwikkeling tijdens de opleiding gevolgd.

Studiehouding en gedrag

Hieronder valt:

• aantoonbare inzet en interesse;

• presentie (inclusief op tijd komen);

• communicatieve vaardigheden;

• betrouwbaarheid in afspraken en samenwerken;

• naleven van de regels en voorschriften van de school;

• tonen van respect naar anderen, ook in de socialel media;

• voorbereiding van opdrachten volgens afspraak;

• tijdig communiceren met je studieloopbaanbegeleider(SLB-er) bij problemen en achterstanden;

Studieresultaten

Hieronder valt:

• flankerend onderwijs (engels, nederlands, rekenen, loopbaan- en burgerschap)

• opleidingsspecifieke kennis

• beroepsvaadigheden

• voldoende voortgang (zichtbaar in RIS, ons registratiesysteem);

Studievaardigheden

Hieronder valt:

• Zelfstandig kunnen werken

• Vragen om en accepteren van hulp

• Samenwerken

• Gebruik van studiematerialen

• Omgaan met feedback

Studieadvies (aanvullend op bindend studieadvies)

Indien de docenten twijfelen aan je geschiktheid voor de opleiding op basis van je studie- en beroepshouding vormen bovenstaande aandachtspunten de basis voor een gesprek.

Je studievoortgang wordt in het 1e leerjaar op 3 momenten vastgelegd.

Begin periode 1.2:

De SLB-er heeft een gesprek met de student en geeft a.d.h.v. studie- en beroepshouding aan of je een positief studieadvies krijgt, of een studieadvies met afspraken.

Eind periode 1.3:

De SLB-er heeft een gesprek met de student en geeft a.d.h.v. studie- en beroepshouding aan of je een bindend positief studieadvies krijgt, of een bindend studieadvies met afspraken.

Periode 1.4:

Indien van toepassing kan er in deze periode een negatief bindend studieadvies worden opgesteld. Je moet dan de opleiding verlaten. Je wordt aangemeld bij het SSC.

Studievoortgang leerjaar 2 en 3

Ook gedurende het tweede en derde leerjaar is je studievoortgang continu onderwerp van gesprek in voortgangsgepsrekken met je SLB-er.

In het tweede jaar wordt in periode 3 samen met jou bekeken of je het examenjaar in kunt gaan. Mochten de resultaten en midiproeve tekort schieten, dan kan je in periode 2.4 nog (inhaal)activiteiten ondernemen. Tijdens dit gesprek wordt samen met jou (en evt. je ouders/verzorgers) besproken of je de opleiding voort kunt zetten. Er wordt een studieadvies gegeven, met mogelijkheid van studievertraging. Positief: na een uitleg en bespreking ga je verder met de opleiding. Twijfel: je krijgt een contract waarin afspraken staan.

Negatief: je stopt met de opleiding.

Miniproeve

De miniproeve wordt afgenomen eind periode 1.4 bij de BOL studenten. Deze proeve dient met een voldoende te worden afgesloten. Bij een onvoldoende ben je verplicht om deel te nemen aan evt. aangeboden mogelijkheden tot extra oefenen en de herkansing.

Midiproeve

De midiproeve wordt afgenomen in periode 2.4. Deze proeve dient met een voldoende te worden afgesloten. Bij een onvoldoende ben je verplicht om deel te nemen aan evt. aangeboden mogelijkheden tot extra oefenen en de herkansing

Bij een tweede onvoldoende krijg je een extra opdracht bij je eerstvolgende stage.

Maxiproeve

Voordat je mag deelnemen aan de maxiproeve heb je alle onderdelen van leerjaar 1 en 2 met een voldoende afgerond..Daarnaast heb je de BPV tot en met de beroepsvoorbereidende stage met een voldoende afgerond vóórr de maxiproeve in periode 3.2. De eerste beroepsopleidende stage voldoende is afgerond om deel te kunnen nemen aan de maxiproeve in periode 3.4. Daarnaast heb je de beroepsvoorbereidende stage met een voldoende afgerond vóór de maxiproeve in periode 3.2. De eerste beroepsopleidende stage moet voldoende zijn afgerond om deel te kunnen nemen aan de maxiproeve in periode 3.4. (dit alles wordt in het BPV werkboek nader uitgelegd). Het niveau van deze proeve is gelijk aan die van een beginnend beroepsbeoefenaar. Er worden bij deze proeve verschillende onderdelen getoetst. Deze proeve dient met minimaal een voldoende te worden afgesloten. Bij een onvoldoende ben je verplicht om deel te nemen aan evt. aangeboden mogelijkheden tot extra oefenen en de herkansing. Meer informatie volgt in het lopende schooljaar.

Alle bewijzen blijven geldig gedurende de gehele opleiding!

Hepatitis B

Voor de opleiding doktersassistent geldt dat je tijdens de opleiding verplicht bent om je te laten vaccineren voor Hepatitis B. Over eventuele kosten word je ten tijde van de vaccinatieronden geïnformeerd.