Sociaal Werk

Crebocode 23185 Leerweg BOL Niveau 4

Jouw beroep

In het sociaal werk help je mensen om deel te nemen aan de maatschappij. Het gaat dus om mensen die dat zonder jouw hulp niet of moeilijk kunnen. Ze komen in aanmerking voor deze hulp omdat ze cliënt zijn bij een zorg- of welzijnsinstelling, of omdat de gemeente vindt dat het nodig is. Als sociaal werker draag je bij aan een maatschappij waarbinnen iedereen een plek heeft.

Een sociaal werker ondersteunt en behartigt de belangen van mensen met een kwetsbare positie in de maatschappij. Je hebt vaak een sleutelrol binnen het sociale wijkteam en zorgt voor verbinding tussen (mantel)zorg, hulpverlening en wijkopbouw. Het werk is erop gericht de zelfredzaamheid van een buurt en haar bewoners te vergroten. In het sociaal werk zoek je het liefst naar collectieve oplossingen, maar het kan ook voorkomen dat gezinnen vragen om een individuele ondersteuning. Je kunt als sociaal werken kiezen uit twee profielen: sociaal cultureel werker of sociaal maatschappelijk dienstverlener.

Je kunt als sociaal werker diplomeren in twee profielen: de sociaal maatschappelijk dienstverlener helpt vooral mensen op individueel niveau. De sociaal cultureel werker richt zich op doelgroepen, bijvoorbeeld via het organiseren van activiteiten of projecten.

Sociaal-maatschappelijk dienstverlener, crebo: 25489

Het profiel Sociaal maatschappelijk dienstverlener richt zich vooral op de individuele ondersteuning. Je helpt mensen die moeite hebben met de organisatorische kanten van het leven. Je brengt de knelpunten in kaart en vertaalt dat naar een dienstverleningsplan. Je adviseert of ondersteunt bij juridische en financiële vraagstukken en waar nodig doe je het woord namens je cliënt. Je houdt in de gaten of de afstemming met hulpverleners en instanties goed verloopt. Sociaal maatschappelijk dienstverleners kom je bij alle soorten zorg- en welzijnsorganisaties tegen, maar ook bij de gemeente of de politie.

Sociaal-cultureel werker, crebo: 25488

Het profiel Sociaal cultureel werker richt zich vooral op de collectieve benadering. Je verdiept je in de achtergronden van de groepen mensen die wonen in het werkgebied. Je initieert activiteiten en projecten die passen bij wat jouw opdrachtgever, vaak de gemeente, belangrijk vindt. Denk aan het activeren van langdurig werklozen, het integreren van allochtonen of het voorkomen van overlast door hangjongeren. Je moet vaak een beroep doen op vrijwilligers. Je werkt vanuit een buurthuis, welzijnsinstelling, buitenschoolse opvang of andere openbare ruimte.